Als je bekend bent met het Waarborgfonds bij motorrijtuigen dan weet je waarschijnlijk hoe belangrijk dit is. Je krijgt er namelijk mee te maken als je bent aangereden door een motorvoertuig dat niet verzekerd is, of gestolen. Ook wanneer de tegenpartij onbekend is kun je bij dit fonds je schade claimen. Hier zijn uiteraard wel voorwaarden aan verbonden. Hieronder lees je welke voorwaarden dit zijn en waar je allemaal rekening mee moet houden.
Het Waarborgfonds Motorverkeer vergoedt uitsluitend schade die door een ander motorvoertuig is veroorzaakt in Nederland. Dit zijn motorrijtuigen die:
Schade die aan je auto wordt toegebracht door bijvoorbeeld een aanrijding met een object zoals een winkelwagen of met een fietser, wordt niet vergoed door dit fonds. Ditzelfde is het geval voor schades die veroorzaakt worden door vernieling en/of vandalisme.
Stel dat een gestolen of onverzekerd motorvoertuig schade toebrengt aan je auto, dan stel je altijd eerst de eigenaar van het betreffende voertuig schriftelijk aansprakelijk. Op het moment dat de schade namelijk niet vergoed wordt, kun je deze schade bij het Waarborgfonds voor motorrijtuigen claimen. Dit doe je door een brief te schrijven naar het fonds met daarin een verzoek de schade te vergoeden. Het is daarbij belangrijk een kopie toe te voegen van de schriftelijke aansprakelijkheidsstelling. Je kunt dit per post versturen of digitaal via de website van het fonds.
Als iemand om principiële redenen bezwaar heeft tegen het afsluiten van elke vorm van auto verzekeren dan wordt deze persoon een gemoedsbezwaarde genoemd. Gemoedsbezwaarden willen hierdoor ook geen WA verzekering afsluiten. WA staat voor Wettelijke Aansprakelijkheid en deze autoverzekering is minimaal verplicht om af te sluiten als je met een motorvoertuig aan het verkeer deelneemt. Een gemoedsbezwaarde kan een vrijstelling krijgen van deze verzekeringsplicht.
In het geval van een vrijstelling van de verzekeringsplicht moet een gemoedsbezwaarde wel elk jaar een bedrag betalen. Dit bedrag moet betaald worden aan het Fonds Middelen Gemoedsbezwaarden. Op het moment dat een gemoedsbezwaarde schade veroorzaakt met een motorrijtuig, moet hij of zij deze zelf vergoeden. Daarvoor moet je de eigenaar van het motorvoertuig zelf schriftelijk aansprakelijk stellen. Wordt de schade niet vergoed? Dan dien je een verzoek hiervoor in bij het Waarborgfonds voor motorrijtuigen. Voeg hier een kopie bij van de schriftelijke aansprakelijkheidsstelling. Het fonds schiet het bedrag dan eventueel voor, waarna de gemoedsbezwaarde in kwestie alsnog dit bedrag moet terugbetalen.
Stel, je krijgt te maken met schade die is veroorzaakt door een onbekend voertuig. Het is dan belangrijk dat je eerst zelf probeert te achterhalen wat de gegevens van dit voertuig zijn. Dit kun je onder andere doen door een buurtonderzoek te starten of een getuigenoproep te plaatsen. Tegelijkertijd moet je direct aangifte doen bij de politie. Doe je dit alles niet binnen 14 dagen, dan is de kans zeer groot dat het Waarborgfonds voor motorrijtuigen de schade niet zal vergoeden. Dat wil je natuurlijk te allen tijde voorkomen.
Om te kunnen bewijzen dat de schade aan je auto bijvoorbeeld, veroorzaakt is door een andere auto of voertuig, kun je afbeeldingen maken. Dit kunnen afbeeldingen zijn van sporen, waaronder lak dat beschadigd is, onderdelen die er af gereden zijn en scherven van je autoverlichting en/of autoruiten. In het geval van materiële schade die door een onbekend motorvoertuig veroorzaakt is, is een eigen risico van kracht. Mocht de schade lager zijn dan dit eigen risico, dan krijg je geen vergoeding voor de schade uitgekeerd.
Wat moet je kunnen bewijzen?
Ongeacht de reden waarom je schade bij het Waarborgfonds voor motorrijtuigen claimt, moet je het een en ander kunnen bewijzen. Hou er altijd rekening mee dat je het volgende moet kunnen aantonen:
Bovendien is het belangrijk om aan te kunnen tonen dat de schade in Nederland is ontstaan. Schade die in het buitenland is ontstaan wordt niet altijd door het Waarborgfonds voor motorrijtuigen behartigd.
Er is een wettelijke regeling in de EU, de vierde WAM-richtlijn, die stelt dat alle verzekeraars in de EU, Liechtenstein, Noorwegen en IJsland een vertegenwoordiger in een ander land moeten hebben. Via deze vertegenwoordiger kun je in ons eigen land de schade afhandelen die je in een ander land hebt gekregen. Op de site Nederlands Bureau Motorrijtuigverzekeraars vind je wie deze vertegenwoordiger is. Je schrijft deze vertegenwoordiger aan in het geval je schade hebt buiten Nederland, maar in de EU. De stappen die hierin ondernomen moeten worden, zijn gelijk aan die in Nederland.
Het Waarborgfonds voor motorrijtuigen behartigt hierbij de klachten voor landen waar geen vertegenwoordiger is aangewezen in Nederland. Daarnaast behandelt het fonds de klachten wanneer de schadeafwikkeling via de vertegenwoordiger niet goed of gebrekkig verloopt.
Het is moeilijk om schade te verhalen als de gegevens van de tegenpartij in de EU, Liechtenstein, Noorwegen of IJsland onbekend zijn. Onder specifieke voorwaarden kan het Waarborgfonds voor motorrijtuigen dan de afhandeling van de schadevergoeding op zich nemen. Een belangrijke voorwaarde hierin is dat de schade moet zijn toegebracht door motorrijtuigen in de EU. Het fonds zal dan bemiddelen en soms zorg dragen voor de schadeafhandeling.
Hou er rekening mee dat sowieso één van onderstaande punten van toepassing moet zijn:
Bij vragen hierover kun je uiteraard altijd contact opnemen met het fonds.