Heb je een auto, dan beschik je natuurlijk over een autoverzekering. Maar wist je dat je met deze basisdekking alleen schade aan je auto of schade aan anderen dekt? Om jezelf en je passagiers voor de financiële gevolgen van een ongeluk te verzekeren –denk bijvoorbeeld aan letselschade of invaliditeit- kun je een inzittendenverzekering afsluiten. Hier betaal je een paar euro per maand extra voor. Het is niet mogelijk een inzittendenverzekering los af te sluiten. Je kunt deze verzekering alleen afsluiten als aanvullende dekking op die van je autoverzekering.
Je pakt de auto om de kinderen uit school te halen en daarna snel nog even langs de supermarkt te gaan.
Kies je ervoor een inzittendenverzekering af te sluiten, dan zijn behalve je auto ook jij en je passagiers verzekerd, net als jullie eigendommen. Sommige verzekeraars , zoals bij de promovendum autoverzekering , keren zelfs uit wanneer jij of je meeverzekerde gezinsleden in een andere auto zitten.
Een ongevallen inzittenverzekering is dus geen absolute noodzakelijkheid, maar wel aan te raden wanneer je risico’s zoveel mogelijk wilt uitsluiten. De verzekering is niet per se nodig voor passagiers (zij kunnen schade op jouw WA-verzekering of die van de andere betrokkene claimen ), maar wel belangrijker voor jou als bestuurder. Ieders medische kosten zijn overigens vaak via de zorgverzekering gedekt.
Wil je bij je autoverzekering een inzittendenverzekering afsluiten? Dan heb je de keuze uit twee verschillende verzekeringen: de ongevallen inzittendenverzekering (OIV) en de schadeverzekering inzittenden (SVI). Beiden dekken de kosten van zowel jou als bestuurder als je passagiers.
De schuldvraag speelt hierbij geen rol. Tussen de twee verzekeringen bestaan enkele basale verschillen. Doorgaans wordt de wat duurdere schadeverzekering inzittenden geadviseerd. Deze is weliswaar duurder, maar hanteert geen maximum uitkeerbaar bedrag. Kies je voor een ongevallen inzittendenverzekering, dan bepaalt de ernst van het letsel welk percentage van het maximumbedrag je uitgekeerd krijgt.
De ongevallen inzittendenverzekering is de lichtste verzekering van beiden. Deze keert in het geval van invaliditeit of overlijden door een verkeersongeluk uit. De hoogte van de uitkering houdt geen verband met de daadwerkelijk geleden schade. De maximumvergoeding verhoudt zich tot het aantal zitplaatsen in de auto. Vaak ligt het bedrag tussen de €20.000,- en de €50.000,-. Dit lijkt hoog, maar kan in het geval van inkomensverlies flink tegenvallen.
In tegenstelling tot de schadeverzekering inzittenden keert deze verzekering geen vergoeding uit bij immateriële schade zoals vervoerde spullen.
Het afsluiten van een inzittendenverzekering gaat samen met verschillende voordelen. Ten eerste ben je natuurlijk zelf verzekerd, in plaats van alleen je passagiers die de schade via je WA-verzekering kunnen verhalen. Over je eigen schade en letsel hoef je je dus geen zorgen te maken. Ook wordt de afhandeling en uitkering snel geregeld. Er hoeft door de verzekeraar namelijk niet te worden gekeken naar wie er de schuld van het ongeval heeft. De inzittendenverzekeraar behandelt eerst de schade, daarna wordt de autoverzekeraar van de tegenpartij afgewikkeld.
Zoals al eerder gezegd, is een inzittendenverzekering geen pure noodzaak, maar een prettige aanvulling voor de autobestuurders die hun risico’s zoveel mogelijk beperken. Door een inzittendenverzekering af te sluiten, weten jij en je passagiers zeker dat jullie niet met lege handen achterblijven in het geval zich een ongeval voordoet. Wees je er echter wel van bewust dat een deel van de dekkingen die in dit type verzekering is opgenomen, vaak ook in andere verzekeringen is opgenomen. Denk bijvoorbeeld aan je WA Beperkt casco autoverzekering en zorgverzekering. Maak zelf de zorgvuldige afweging in hoeverre je dit noodzakelijk acht.
In het geval van een ongevallen inzittendenverzekering kan bovendien je leeftijd een rol spelen bij de hoogte van de te ontvangen schadevergoeding. Je uitkering kan bij sommige verzekeraars al gauw duizenden euro’s lager uitvallen wanneer je leeftijd onder of boven een bepaalde grens ligt. Lagere uitkeringen gelden bij diverse verzekeraars vanaf een leeftijd van zeventig jaar (of enkele jaren ouder), terwijl daar geen premiekorting tegenover staat. Valt de leeftijd van je inzittenden binnen de ‘reguliere’ groep, dan bestaan er voor hen geen consequenties betreffende de hoogte van de uitkering.
